Staatssecretaris Eric Wiebes van Financiën schreef op 17 december 2015 een brief aan de Tweede Kamer over zijn plannen met het pensioen in eigen beheer voor ondernemers. Is er nieuws? Is er hoop? En wat moet je als directeur grootaandeelhouder?

In zijn brief aan de Kamer concludeert Wiebes dat al veel directeur grootaandeelhouders (dga’s) zijn gestopt met opbouwen van pensioen in eigen beheer. Ook concludeert hij dat veel adviseurs niet meer adviseren om ermee te starten. “Pensioen in eigen beheer is vandaag de dag eigenlijk niet meer aantrekkelijk”, schrijft Wiebes.

De reden is deels de lage rente op de kapitaalmarkt, maar vooral het overheidsbeleid zelf. Financiën en het parlement wijzigen bijna jaarlijks de wet. de Belastingdienst hanteert zo haar eigen interpretatie van de wet, en gaat met een gestrekt been in als de dga een kleine misstap maakt.

Daarnaast loopt de discussie rondom het afschaffen van het pensioen in eigen beheer al meerdere jaren. Ook dat helpt niet. Door de toenemende onzekerheid rondom het pensioen in eigen beheer, haken dga’s af. Adviseurs adviseren eerder om er mee te stoppen, dan om er mee te starten.

Zelf een probleem creëren, en vervolgens dat probleem aangrijpen om het hele systeem maar af te schaffen. Dat lijkt de politiek van Wiebes als je kijkt naar zijn ‘oplossingsrichtingen’. Wiebes presenteert in zijn brief twee oplossingsrichtingen: afschaffen van het pensioen in eigen beheer of afschaffen maar daarvoor in de plaats een alternatieve spaarregeling in eigen beheer introduceren (OSEB). Laten we iets meer in detail naar zijn oplossingen kijken.

1) Afschaffen

Wiebes stelt voor om elke mogelijkheid voor opbouw van oudedagsvoorziening in eigen beheer af te schaffen. Daarmee komt dus ook de mogelijkheid van een (stakings-)lijfrente in eigen beheer te vervallen bij omzetting van een éénmanszaak of Vof in een BV.

Dit wil hij combineren met een afkoopregeling (liefst eenmalig), waarbij eerst het pensioenrecht wordt verlaagd tot de fiscale voorziening, om vervolgens het pensioenrecht af te kopen tegen heffing over 80 procent van de waarde van de fiscale pensioenvoorziening. Dit zou de dga moeten verleiden om zijn pensioen in eigen beheer af te kopen. Waar de dga de financiering van deze extra heffing vandaan moet halen wordt niet duidelijk in het verhaal.

Een vergelijkbare afkoopregeling gold bij de stamrechten (in eigen beheer). Volgens mij was die regeling geen succes, althans de belastingopbrengst die de overheid had ingeboekt, is nimmer behaald. In mijn omgeving ken ik ook nauwelijks gevallen waarbij van deze regeling gebruik is gemaakt.

Als de dga zijn pensioen niet afkoopt, blijft het pensioen in eigen beheer bestaan en blijft de huidige wetgeving gewoon gelden. Nieuwe pensioenrechten opbouwen mag dan niet meer. Naar ik aanneem betekent dit dat de pensioenrechten zelf blijven bestaan en dat zij jaarlijks geïndexeerd mogen worden. Dit betekent dat de huidige regelingen nog jarenlang van kracht  zal blijven.

2) Afschaffen en een alternatief invoeren (OSEB)

De tweede variant is het afschaffen van het pensioen in eigen beheer, waarbij de pensioenvoorziening omgezet kan worden in een regeling voor Oudedag Sparen in Eigen Beheer (OSEB).

Geen pensioenrechten meer dus in deze variant, maar een soort spaarpotje voor de oude dag van de dga. Op de pensioendatum moet voor het spaarpotje een lijfrente worden aangekocht, bij een bank, verzekeraar of wellicht de eigen bv. Meer technische details over deze voorgestelde regeling staan in de brief van juli 2015 en in de bijlage bij deze brief van 17 december 2015.

Conclusie

Het pensioen in eigen beheer lijkt op zijn laatste benen te lopen nu vrijwel iedereen het er over eens is dat het in zijn huidige vorm niet langer houdbaar is. Dat het pensioen in eigen beheer in principe niet aantrekkelijk meer is, zou ik echter niet durven zeggen.

Wat mij betreft vervult het pensioen in eigen beheer nog altijd een functie waarbij de dga de opbouw van een oudedagsvoorziening kan combineren met de financiering van zijn eigen onderneming, of op zijn eigen manier kan sparen.

Er zitten zeker nadelen aan het pensioen in eigen beheer. Men dient zich te realiseren dat er juridische rechten en verplichtingen tot stand komen waarvan de waarde anders kan zijn als wat in de fiscale jaarcijfers opgenomen mag worden. Zo kan het zijn dat de werkelijke pensioenverplichting hoger is dan de fiscale pensioenvoorziening. De lage rente op de kapitaalmarkt is daar één van de oorzaken van.

Dit probleem (de lage rekenrente) is echter van tijdelijke aard. Als de kapitaalmarktrente stijgt, zal het verschil tussen de werkelijke pensioenverplichting en de fiscale pensioenvoorziening vanzelf kleiner worden. De eerste tekenen van een rentestijging zijn zichtbaar in de VS, maar dat zal het pensioen in eigen beheer niet meer kunnen redden, vrees ik.

Bas Kortenbach werkzaam als zelfstandig belastingadviseur in de regio Den Haag. Hij heeft zich gespecialiseerd in pensioenen en inkomensvoorzieningen voor ondernemers. Voor Z24 levert hij vooral bijdragen op het gebied van oudedagsvoorzieningen en inkomensvraagstukken.

Lees ook

Belastingadviseurs kritisch over plannen pensioen in eigen bv

Paul van der Kwast: fiscale oudedagsreserve voor ondernemer is een onding

 

Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl